Helpdesk SRA-Vaktechniek

In onze praktijk speelt de volgende casus met betrekking tot toepassing van de eigenwoningregeling. Cliënt en zijn partner woonden samen en hadden een samenlevingscontract. De partner is overleden in 2021. De woning en de hypotheek zijn overgegaan naar de kinderen.

Is het verplicht bij jaarrekeningcontroles (niet-OOB) waar langdurige betrokkenheid van de verantwoordelijk vennoot speelt, mitigerende maatregelen te treffen? Zou een opdrachtgerichte kwaliteitsbeoordeling (OKB) één keer in de drie jaar bijvoorbeeld voldoende zijn?

Regelmatig komt het voor dat cliënten – in de situatie dat een medewerker in een bedrijfsauto onder werktijd te hard rijdt en hiervoor een boete wordt opgelegd – deze verkeersboete niet verhalen op de betreffende medewerker. Mag de boete dan in de vrije ruimte van de werkkostenregeling worden meegenomen?

Hierbij hebben wij een vraag over de termijnen voor ondertekening van de jaarrekening.

Een aantal cliënten van ons kantoor wil dit jaar nog gebruikmaken van de schenkvrijstelling eigen woning. In dat verband spelen vragen omtrent de uiterste termijn dat geschonken moet zijn en de termijn waarbinnen de schenking moet zijn aangewend.

Een aantal stichtingen die wij controleren hanteren eigen grondslagen. Het betreft vaak een vrijwillige controle en de omvang van stichtingen classificeren als klein. Mijn vraag is kijkend naar de COS 210 inzake geschikte criteria (onderdeel van het stramien van assurance) om de jaarrekening te controleren lijkt dit niet te voldoen.