Thuis in uw branche

Regeldruk

Wat zijn de meerkosten per wettelijke controle?

Het Wetsvoorstel toekomst accountancysector heeft regeldruk tot gevolg: de opstapeling van maatregelen veroorzaakt een aanzienlijke stijging van administratieve lasten, nalevingskosten en toezichtkosten voor SRA-kantoren en andere partijen in de financiële keten.

SRA maakte een inschatting van de kosten per maatregel, van de totale regeldruk voor 260 niet-oob-accountantsorganisaties, en van de kostenstijging van een wettelijke controle.

Onvolledig
Het ministerie van Financiën heeft een overzicht van de verwachte regeldruk opgesteld. Dit overzicht gaat niet in op het gehele pakket aan maatregelen toekomst accountancysector. Vanwege de grote impact op de sector is het van ultiem belang dat volledig inzicht bestaat op de (effecten van de) integrale kosten. SRA verzoekt het ministerie om een nieuw, volledig overzicht voor te leggen aan het Adviescollege toetsing regeldruk.

Niet kwantificeerbaar
De voorgestelde, uitgebreide verantwoordelijkheid van een accountantsorganisatie voor de uitkomsten van het kwaliteitsbeheersingssysteem (‘waterdichte resultaatverplichting’), heeft zeer grote impact op de administratieve en financiële lasten, en de kosten per wettelijke controle. Nog zwaarder wegen echter de kosten van een verhoogde angstcultuur binnen de sector, de afvinkcultuur binnen kantoren, het uittreden van professionals uit de sector en de grote afname van de aantrekkelijkheid van het beroep.

Meerkosten
Uit een uitvraag onder 10% van de SRA-leden met een Wta-vergunning komt het volgende beeld: De ingeschatte jaarlijkse structurele, incidentele en nalevingskosten voor 260 niet-oob-accountantsorganisaties variëren (afhankelijk van het gehanteerde uurtarief van de externe accountant) tussen € 51.035.000 en € 65.300.000. Kosten van de beroepsorganisatie en toezichthouder zijn niet meegerekend. Doorvertaald stijgen de kosten per wettelijke controle uitgevoerd in het niet-oob-segment daarmee initieel tussen € 1853 en € 2162, structureel tussen respectievelijk € 6380 en € 8165.

Retorisch
Continu investeren in kwaliteit is noodzakelijk en mag wat kosten. Echter, mede gezien onze vragen en twijfels over (on)doelmatigheid, (dis)proportionaliteit en (on)gewenste effecten van individuele maatregelen op het niet-oob-segment, is het noodzakelijk om de vraag te stellen:

bereiken we met de voorgestelde maatregelen dat de kwaliteit van de wettelijke controle in het controleplichtige mkb duurzaam wordt bevorderd? Of hollen we de wettelijke controle en het niet-oob-segment, juist uit?