Thuis in uw branche

AFM-onderzoek positief over rvc’s, sorteert voor op uitbreiding naar niet-OOB’s

  • Publicatiedatum: 14-10-2021
Overleg

Raden van commissarissen (rvc) van OOB-accountantsorganisaties hebben impact op de randvoorwaarden voor kwaliteit en verkleinen zo mogelijk kwetsbaarheden in de structuur van de accountancysector. De mate waarin verschilt per rvc, mede door uitdagingen in het besturingsmodel. Dit blijkt uit een verkennend onderzoek van de Autoriteit Financiële Markten (AFM).

Kwetsbaarheden

In 2018 publiceerde de AFM de Verkenning Kwetsbaarheden in de structuur van de accountancysector. In deze Verkenning doet de AFM aanbevelingen voor structuurwijzigingen, op basis van haar onderzoeken bij OOB-accountantsorganisaties en internationaal onderzoek door IFIAR. Het onderzoek was met name gericht op de markt van wettelijke controles van OOB-ondernemingen die grotendeels door de Big 4-accountantsorganisaties worden uitgevoerd.

De AFM concludeert op basis van aanwijzingen in de wetenschappelijke literatuur dat in de structuur van de accountancysector meerdere bronnen van marktfalen besloten liggen. Deze bronnen kunnen een negatieve invloed hebben op de kwaliteit van wettelijke controles.

Marktfalen aan de vraagzijde van de markt voor wettelijke controles vloeit voort uit informatie imperfecties in combinatie met hoge transactie-, zoek-, replicatie- of verificatiekosten van informatie. Zowel gebruikers zoals aandeelhouders, vreemd vermogen verschaffers, investeerders, analisten, RvCs/Auditcomités (ACs), als de maatschappij in zijn geheel kunnen daardoor de kwaliteit van aanbieders niet goed monitoren, beoordelen en vergelijken en zijn daardoor niet in staat hen te disciplineren als de kwaliteit onvoldoende is.

Impact Intern toezicht OOB

Sinds 2018 is onafhankelijk intern toezicht via een rvc bij OOB-accountantsorganisaties verplicht.  De rvc houdt onder meer toezicht op de wijze waarop het bestuur de kwaliteitsdoelstellingen agendeert en realiseert en beoordeelt of het bestuur beslissingen neemt in het publiek belang. Dit kan helpen om effecten van kwetsbaarheden in de structuur van de accountancysector te verminderen.

Rvc's stimuleren meerdere randvoorwaarden van kwaliteitUit de huidige verkenning van de AFM komt naar voren dat rvc's impact hebben. Zo stimuleren rvc's in meerdere of mindere mate de agendering en aansturing op kwaliteit, de verbetering van kwaliteitswaarborgen en vragen ze aandacht voor de ontwikkeling en leiderschap van accountants.

De invloed verschilt wel per kantoor en is mede afhankelijk van de organisatiestructuur waarbinnen rvc's functioneren. Zij hebben bijvoorbeeld te maken met de invloed van de partner-aandeelhouders, die zowel medewerker als aandeelhouder van de accountantsorganisatie zijn. Ook hebben ze te maken met de invloed van het internationale netwerk waar de accountantsorganisatie deel van uitmaakt. 

RvC nu ook in niet-OOB-segment?

Het onderzoek laat aan de hand van praktijkvoorbeelden zien hoe de rvc's van de zes OOB-accountantsorganisaties werken. Daarmee biedt de AFM-handvatten voor het verder vormgeven van intern toezicht. Deze lessen zijn volgens de AFM ook van belang in het licht van het wetsvoorstel toekomst accountancysector, waarin wordt voorgesteld om ook bij grotere niet-OOB-accountantsorganisaties een rvc verplicht te stellen.

Het SRA-bestuur heeft kanttekeningen geplaatst bij het voorstel om een RvC in het niet-oob-segment te introduceren. Tot op heden bestond een strikt onderscheid in beleid voor accountantsorganisaties die beursgenoteerde ondernemingen controleren, en accountantsorganisaties die controleplichtige mkb-ondernemingen begeleiden en controleren. Een scheiding die bewust in internationaal en nationaal beleid en in wet- en regelgeving is aangebracht. Met het voorstel om grote niet-oob-accountantsorganisaties onderwerp te laten zijn van een oob-regime wordt rechtsongelijkheid in het (inter)nationale (EU-)systeem aangebracht. Van belang is een gelijk speelveld te behouden waarbij de bedoelde proportionaliteit in wet en beleid gewaarborgd blijft.

Bovendien wordt met het voorstel het principe losgelaten dat accountants in meerderheid beslissingsbevoegdheid moeten hebben over alle zaken die de kwaliteit van de beroepsuitoefening waarborgen. Het loslaten van dit belangrijke beginsel wordt in het wetsvoorstel niet gemotiveerd. SRA pleit ervoor dit wezenlijke principe voor de niet-oob-sector te handhaven.

Meer informatie